Thematisch werken:
Voor de start van een thema gaan we op zoek naar allerlei ideeën. We brainstormen en bedenken activiteiten. Hiervoor gebruiken we verschillende bronnen. Niet alle activiteiten liggen helemaal vast. De inbreng van de kinderen vinden we ookbelangrijk. Tijdens het thema werken we aan verschillende doelen. Veel doelen proberen we aan te bieden binnen het spel van de kleuters en passend bij het thema. Door dicht bij de belevingswereld van de kinderen te blijven, is de betrokkenheid groter. Na ongeveer 4 weken sluiten we het thema af en hebben we een rustweek. Vervolgens starten we weer met het nieuwe thema.
Coöperatieve werkvormen:
Al in de kleutergroepen werken we met coöperatieve werkvormen. Wat zijn coöperatieve werkvormen? Dit zijn werkvormen om samenwerken te oefenen Samenwerken is een vaardigheid die kinderen nodig hebben om goed te kunnen functioneren in de samenleving. Er zijn verschillende werkvormen die je kunt inzetten. Tijdens de weekendkring gebruiken wij o.a. de werkvorm duo’s maken. De kinderen krijgen allemaal een kaartje met daarop een afbeelding. Ze gaan op zoek naar een klasgenootjes met dezelfde afbeelding of klasgenootje met een kaartje die op hun kaartje rijmt. Zo zijn er verschillende variaties te bedenken. Een andere werkvorm in binnen-cirkel/ buiten-cirkel. De kinderen in de binnen-cirkel vertellen over een thema aan het klasgenootje tegenover hun in de buiten cirkel. Op deze manier leren kinderen van elkaar en zijn ze actief bezig.
Fijne motoriek/ schrijfoefeningen:
In de klas hebben we ook veel aandacht voor motorische oefeningen. Zo doen we veel oefeningen om de ontwikkeling van de fijne motoriek te stimuleren. Bijvoorbeeld voorwerpen oppakken met een pincet, het maken van een kralenplank of experimenteren met klei. Schrijfoefeningen doen we op verschillende manieren. De kinderen maken bijvoorbeeld grote golven op een krijtbord en oefenen dit later in het klein. Ook gebruiken we regelmatig het verfbord of maken we schrijfpatronen in het scheerschuim.